Inleiding topic ‘Music festivals’
Het centrale onderwerp van deze eerste topic van Blink Engels is muziek. Eerst praten we over de muziek die alle leerlingen in de klas leuk en bijzonder vinden en maken we kennis met een paar muziekprofessionals. Zij vertellen over hun favoriete muziek en wat goede muziek zo bijzonder maakt. De leerlingen onderzoeken en bespreken ook hun eigen voorkeuren.
Task ‘Your flyer’
Leerlingen werken aan een flyer voor een muziekevenement. Voordat de leerlingen daarmee aan de slag gaan, werken ze aan een aantal voorbereidende oefeningen:
- Writing useful information for visitors
- Writing a promotional text
- Making my flyer look good
Vervolgens gaan ze aan de slag met hun taak. Het resultaat van de taak kun je beoordelen aan de hand van een rubric die gebaseerd is op de criteria die in de introductielessen met alle leerlingen besproken zijn.
Activiteiten Lezen
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je leest korte teksten over muziekevenementen om te ontdekken hoe een aantrekkelijke promotietekst op een flyer eruitziet.
ERK Lezen
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Lezen om informatie op te doen
LEA1-3a. Kan zich een idee vormen van de inhoud van een korte tekst die waar mogelijk visueel ondersteund wordt.
LEA1-3b. Kan in korte informatieve teksten informatie over personen en plaatsen begrijpen.
LEA2-3b. Kan de hoofdlijn begrijpen van eenvoudige teksten in een tijdschrift, krant of op een website.
LEA2-3c. Kan korte, beschrijvende teksten over vertrouwde onderwerpen begrijpen.
Activiteiten Luisteren
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je kijkt en luistert naar een paar video’s met muziekprofessionals en begrijpt wat ze zeggen.
- Je luistert naar je klasgenoten en begrijpt wat zij in het Engels zeggen.
ERK Luisteren
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Kijken en luisteren naar audiovisuele media
LUA2-5a. Kan de wezenlijke informatie verstaan en onderscheiden in korte opgenomen passages over voorspelbare alledaagse zaken.
LUA2-5b. Kan zich een indruk vormen van de belangrijkste inhoud in een feitelijk nieuwsbericht op televisie.
Activiteiten Gesprekken voeren
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je leert over je eigen muziekvoorkeuren en die van je klasgenoten praten.
- Je praat met klasgenoten over jouw muziekevenement.
ERK Gesprekken voeren
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Zaken regelen
GSA1-4b. Kan overweg met aantallen, hoeveelheden, kosten en tijden.
Informatie uitwisselen
GSA1-5c. Kan de tijd aangeven.
GSA1-5d. Kan zeggen wat hij of zij leuk of lekker vindt en wat niet.
Activiteiten Spreken
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je leert hoe je data, tijden en prijzen zegt.
ERK Spreken
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Monoloog
SPA1-2a. Kan in losse woorden en simpele, korte zinnen iets of iemand beschrijven.
Activiteiten Schrijven
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je leert data, tijden en prijzen schrijven.
- Je leert hoe je een korte, aantrekkelijke promotietekst voor een muziekfestival schrijft.
ERK Schrijven
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Notities, berichten, formulieren
SCHA1-2b. Kan zeer korte en eenvoudige notities maken.
Creatief schrijven
SCHA1-4a. Kan een paar eenvoudige zinnen opschrijven over zichzelf of over andere mensen.
Grammatica-onderwerpen
De volgende grammatica-onderwerpen worden behandeld in deze periode:
- Je leert hoe je de SHIT-regel (present simple) toepast.
- Je leert hoe je mensen en dingen met elkaar vergelijkt (de overtreffende trap).
- Je leert hoe je woorden in het meervoud schrijft.
Inleiding topic ‘Big Game’
Het centrale onderwerp van de tweede topic van Blink Engels is Big Game: het boek en de film. Samen met de leerlingen kijk je naar het omslag van het boek, maak je kennis met de hoofdpersonages in het boek en de film en kijk je naar het eerste stuk van de film. Vervolgens lezen de leerlingen het middenstuk van het verhaal in acht verschillende groepjes, elk groepje een eigen hoofdstuk. Klassikaal matchen de leerlingen hun hoofdstuk aan de juiste samenvatting en foto zodat iedereen begrijpt hoe het verhaal van de film verdergaat.
Task ‘Your storyboard’
Leerlingen werken aan een storyboard voor een hoofdstuk uit Big Game. Voordat de leerlingen daarmee aan de slag gaan, werken ze aan een aantal voorbereidende oefeningen:
- Understanding a book fragment
- Understanding location, action, dialogue
- Describing location, action, dialogue
Vervolgens gaan ze aan de slag met hun taak. Het resultaat van de taak kun je beoordelen aan de hand van een rubric die gebaseerd is op de criteria die in de introductielessen met alle leerlingen besproken zijn.
Activiteiten Lezen
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je leest (minstens) twee hoofdstukken van het boek Big Game.
ERK Lezen
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Lezen om informatie op te doen
LEA1-3a. Kan zich een idee vormen van de inhoud van een korte tekst die waar mogelijk visueel ondersteund wordt.
LEA2-3b. Kan de hoofdlijn begrijpen van eenvoudige teksten in een tijdschrift, krant of op een website.
LEA2-3d. Kan door meelezen eenvoudig audiovisueel materiaal begrijpen.
Activiteiten Luisteren
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je kijkt en luistert naar het eerste en laatste deel van een film.
- Je kijkt en luistert naar een animatie die uitlegt wat een storyboard is.
- Je luistert naar je klasgenoten en begrijpt wat zij in het Engels zeggen.
ERK Luisteren
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Luisteren naar mededelingen en instructies
LUA2-4a. Kan in vertrouwde situaties eenvoudige feitelijke informatie begrijpen.
LUA2-4b. Kan een korte uitleg begrijpen.
Kijken en luisteren naar audiovisuele media
LUA2-5a. Kan de wezenlijke informatie verstaan en onderscheiden in korte opgenomen passages over voorspelbare alledaagse zaken.
LUA2-5b. Kan zich een indruk vormen van de belangrijkste inhoud in een feitelijk nieuwsbericht op televisie.
Activiteiten Gesprekken voeren
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je praat over de karaktereigenschappen van de hoofdpersonages van Big Game.
- Je praat over het verhaal in het boek en de film.
ERK Gesprekken voeren
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Zaken regelen
GSA1-4a. Kan mensen om dingen vragen, begrijpen wanneer om iets gevraagd wordt, dingen aan mensen geven, voor iets bedanken.
Informatie uitwisselen
GSA1-5b. Kan vragen beantwoorden en stellen over zichzelf en over anderen, waar zij wonen, wie zij kennen, wat zij bezitten.
GSA1-5e. Kan om verduidelijking vragen, eventueel met hulp van gebaren.
Activiteiten Spreken
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je presenteert je storyboard aan de klas.
ERK Spreken
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Monoloog
SPA2-1b. Kan in eenvoudige bewoordingen mensen, plaatsen en bezittingen beschrijven.
Een publiek toespreken
SPA1-3a. Kan een zeer korte ingestudeerde mededeling voorlezen aan een groep.
Activiteiten Schrijven
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je leert locaties, dialogen en acties voor een storyboard schrijven.
ERK Schrijven
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Notities, berichten, formulieren
SCHA1-2b. Kan zeer korte en eenvoudige notities maken.
SCHA2-2b. Kan eenvoudige en korte notities maken voor zichzelf.
Creatief schrijven
SCHA1-4a. Kan een paar eenvoudige zinnen opschrijven over zichzelf of over andere mensen.
SCHA2-4a. Kan in korte, eenvoudige zinnen vertrouwde zaken beschrijven.
Grammatica-onderwerpen
De volgende grammatica-onderwerpen worden behandeld in deze periode:
- Je leert de present simple toepassen.
- Je leert de present continuous toepassen.
- Je leert alle vormen van persoonlijke voornaamwoorden gebruiken.
Inleiding topic ‘Best of YouTube’
Het centrale onderwerp van de derde topic van Blink Engels is YouTube. Samen met de leerlingen kijk je naar een aantal YouTube-video’s en bespreek je wat er in die video’s gebeurt. Hierbij leren de leerlingen hun mening over de filmpjes te geven. Vervolgens bekijk je samen een aantal van de meest populaire YouTube-video’s en bespreek je welke video het meest populair is (en waarom). De klas stemt voor de video die zij zelf het beste vinden. Leerlingen schrijven ook een kort commentaar op een aantal video’s.
Task ‘Your favourite YouTube video’
Leerlingen werken aan een korte presentatie over hun favoriete YouTube-filmpje. Voordat de leerlingen daarmee aan de slag gaan, werken ze aan een aantal voorbereidende oefeningen:
- Explaining what a video is about
- Describing what happens
- Explaining why you like a video
- Speaking clearly
Vervolgens gaan ze aan de slag met hun taak. Het resultaat van de taak kun je beoordelen aan de hand van een rubric die gebaseerd is op de criteria die in de introductielessen met alle leerlingen besproken zijn.
Activiteiten Lezen
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je leest en begrijpt een aantal korte comments op YouTube-filmpjes.
- Je leert welke comments en filmpjes goed bij elkaar passen.
ERK Lezen
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Lezen om informatie op te doen
LEA2-3a. Kan specifieke informatie begrijpen in eenvoudige teksten.
LEA2-3b. Kan de hoofdlijn begrijpen van eenvoudige teksten in een tijdschrift, krant of op een website.
LEA2-3c. Kan korte, beschrijvende teksten over vertrouwde onderwerpen begrijpen.
LEA2-3d. Kan door meelezen eenvoudig audiovisueel materiaal begrijpen.
Instructies lezen
LEA2-4a. Kan eenvoudige, korte en goed gestructureerde instructies begrijpen.
Activiteiten Luisteren
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je kijkt en luistert naar een aantal YouTube-filmpjes.
- Je kijkt en luistert naar een paar korte presentaties over YouTube-filmpjes.
- Je kijkt en luistert naar je klasgenoten en begrijpt wat zij in het Engels zeggen.
- Je kijkt en luistert naar een aantal reacties op YouTube-filmpjes.
ERK Luisteren
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Een moedertaalspreker als gesprekspartner begrijpen
LUA2-1a. Kan begrijpen wat rechtstreeks tot hem of haar wordt gezegd in eenvoudige alledaagse conversatie.
Gesprekken tussen moedertaalsprekers begrijpen
LUA2-2a. Kan over het algemeen het onderwerp herkennen van de discussie rondom hem of haar.
Kijken en luisteren naar audiovisuele media
LUA1-5a. Kan het onderwerp bepalen van korte kijk-/luisterteksten
LUA2-5a. Kan de wezenlijke informatie verstaan en onderscheiden in korte opgenomen passages over voorspelbare alledaagse zaken.
LUA2-5b. Kan zich een indruk vormen van de belangrijkste inhoud in een feitelijk nieuwsbericht op televisie.
Activiteiten Gesprekken voeren
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je legt uit wat je leuk vindt om te kijken.
- Je geeft je reactie op YouTube-filmpjes.
ERK Gesprekken voeren
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Informele gesprekken
GSA2-1e. Kan vragen wat anderen wel en niet leuk vinden.
GSA2-1h. Kan op eenvoudige wijze voorkeur en mening uitdrukken over vertrouwde alledaagse onderwerpen.
Zaken regelen
GSA1-4b. Kan overweg met aantallen, hoeveelheden, kosten en tijden.
GSA2-4e. Kan inlichtingen geven en ontvangen over hoeveelheden, aantallen, enzovoort.
Informatie uitwisselen
GSA1-5d. Kan zeggen wat hij of zij leuk of lekker vindt en wat niet.
Activiteiten Spreken
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je leert hoe je over een YouTube-filmpje praat.
- Je leert hoe je goed, helder en rustig spreekt.
- Je presenteert je favoriete YouTube-filmpje aan de klas.
ERK Spreken
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Monoloog
SPA1-2a. Kan in losse woorden en simpele, korte zinnen iets of iemand beschrijven.
SPA2-1b. Kan in eenvoudige bewoordingen mensen, plaatsen en bezittingen beschrijven.
Een publiek toespreken
SPA1-3a. Kan een zeer korte ingestudeerde mededeling voorlezen aan een groep.
Activiteiten Schrijven
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je leert korte comments op YouTube-filmpjes schrijven.
- Je leert hoe je grote Engelse getallen schrijft.
ERK Schrijven
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Creatief schrijven
SCHA1-4a. Kan een paar eenvoudige zinnen opschrijven over zichzelf of over andere mensen.
SCHA2-4a. Kan in korte, eenvoudige zinnen vertrouwde zaken beschrijven.
Grammatica-onderwerpen
De volgende grammatica-onderwerpen worden behandeld in deze periode:
- Je leert de present simple toepassen voor dingen die plotseling gebeuren.
- Je leert don’t en doesn’t gebruiken.
- Je leert present continuous toepassen
- Je leert mensen beschrijven (I, you, we, us).
Inleiding topic ‘JFK’
In deze topic gaan de leerlingen op onderzoek uit: wie vermoordde John F. Kennedy? Ze maken eerst kennis met JFK en zijn vrouw Jackie. Daarna onderzoeken ze als FBI-agent een aantal bewijsstukken en maken ze kennis met Lee Harvey Oswald, Jack Ruby en de CIA. Op basis van de authentieke filmpjes en documenten krijgen ze steeds meer informatie over de moord op JFK en de mogelijke verdachten.
Task ‘Your FBI report’
Leerlingen onderzoeken de moord op JFK en schrijven een FBI report. Voordat de leerlingen daarmee aan de slag gaan, werken ze aan een aantal voorbereidende oefeningen:
- Investigating a suspect
- Interviewing a suspect
- Writing a FBI report
Vervolgens gaan ze aan de slag met hun taak. Het resultaat van de taak kun je beoordelen aan de hand van een rubric die gebaseerd is op de criteria die in de introductielessen met alle leerlingen besproken zijn.
Activiteiten Lezen
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je leest memo’s en fotobijschriften over de verdachten en andere betrokkenen rondom de moord op JFK om feiten te verzamelen.
- Je leest profielen van verdachten en andere betrokkenen (Jackie Kennedy, JFK) om feiten te verzamelen.
- Je leest een krantenartikel over Lee Harvey Oswald en de moord op JFK om de gebeurtenissen te kunnen samenvatten.
- Je leest interviewvragen en antwoorden om feiten en bewijs te verzamelen van de verdachten.
ERK Lezen
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Correspondentie lezen
LEA2-1a. Kan een korte, eenvoudige (standaard)brief of e-mail begrijpen.
Oriënterend lezen
LEA1-2c. Kan eenvoudige informatie op een poster, mededelingenbord of in een brochure lezen.
LEA2-2a. Kan specifieke informatie vinden en begrijpen in eenvoudig, alledaags materiaal.
LEA2-2c. Kan in lijsten, overzichten en formulieren specifieke informatie vinden en begrijpen.
Lezen om informatie op te doen
LEA1-3a. Kan zich een idee vormen van de inhoud van een korte tekst die waar mogelijk visueel ondersteund wordt.
LEA1-3b. Kan in korte informatieve teksten informatie over personen en plaatsen begrijpen.
LEA2-3a. Kan specifieke informatie begrijpen in eenvoudige teksten.
LEA2-3b. Kan de hoofdlijn begrijpen van eenvoudige teksten in een tijdschrift, krant of op een website.
LEA2-3c. Kan korte, beschrijvende teksten over vertrouwde onderwerpen begrijpen.
Activiteiten Luisteren
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je kijkt en luistert naar een aantal videofragmenten van en over de moord op JFK: deels echte filmpjes en deels bioscoopfilm.
ERK Luisteren
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Kijken en luisteren naar audiovisuele media
LUA1-5a. Kan het onderwerp bepalen van korte kijk-/luisterteksten.
LUA2-5a. Kan de wezenlijke informatie verstaan en onderscheiden in korte opgenomen passages over voorspelbare alledaagse zaken.
LUA2-5b. Kan zich een indruk vormen van de belangrijkste inhoud in een feitelijk nieuwsbericht op televisie.
LUA2-5c. Kan het belangrijkste punt herkennen van nieuwsberichten op televisie waarin verslag wordt gedaan van gebeurtenissen, ongelukken en dergelijke en waarin het beeld het commentaar ondersteunt.
Activiteiten Gesprekken voeren
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je praat met de klas over de video’s die je ziet: de moord op JFK, de mensen in de auto en de film met FBI-agent Hosty die opdracht krijgt om Lee Harvey Oswald te onderzoeken.
- Je praat met de klas over wat je weet over Jackie Kennedy en JFK.
- Je praat met de klas over de gebeurtenissen en in welke volgorde ze zijn gebeurd.
ERK Gesprekken voeren
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Informele gesprekken
GSA2-1b. Kan in beperkte mate meedoen aan eenvoudige gesprekken over alledaagse, bekende onderwerpen.
GSA2-1h. Kan op eenvoudige wijze voorkeur en mening uitdrukken over vertrouwde alledaagse onderwerpen.
Doelgerichte samenwerking
GSA2-3a. Kan communiceren over eenvoudige en alledaagse taken in eenvoudige bewoordingen om dingen te vragen en te verschaffen, eenvoudige informatie te verkrijgen en te bespreken wat er vervolgens moet gebeuren.
Informatie uitwisselen
GSA1-5a. Kan eenvoudige vragen stellen en beantwoorden, en eenvoudige uitspraken doen en beantwoorden op het gebied van primaire behoeften of over zeer vertrouwde, concrete onderwerpen.
GSA1-5b. Kan vragen beantwoorden en stellen over zichzelf en over anderen, waar zij wonen, wie zij kennen, wat zij bezitten.
GSA1-5e. Kan om verduidelijking vragen, eventueel met hulp van gebaren.
GSA2-5a. Kan beperkte informatie uitwisselen over vertrouwde en alledaagse zaken van praktische aard.
Activiteiten Spreken
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je praat met de klas over de drie verdachten en waarom ze verdacht zijn.
ERK Spreken
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Monoloog
SPA2-1a. Kan in een serie korte zinnen informatie geven over zichzelf en anderen.
SPA2-1b. Kan in eenvoudige bewoordingen mensen, plaatsen en bezittingen beschrijven.
Een publiek toespreken
SPA2-3a. Kan een korte, ingestudeerde, eenvoudige presentatie geven over een vertrouwd onderwerp en kan duidelijke vragen naar aanleiding van de presentatie beantwoorden als hij of zij om herhaling kan vragen en als enige hulp bij het formuleren van het antwoord mogelijk is.
Activiteiten Schrijven
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je leert aan de hand van vragen een korte beschrijving van gebeurtenissen opschrijven.
- Je leert een verdachte omschrijven.
- Je leert bewijs noteren.
- Je leert een conclusie van een FBI report schrijven.
ERK Schrijven
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Notities, berichten, formulieren
SCHA1-2a. Kan een eenvoudig formulier invullen.
SCHA2-2a. Kan standaardformulieren invullen.
SCHA2-2b. Kan eenvoudige en korte notities maken voor zichzelf.
SCHA2-2c. Kan eenvoudige en korte notities maken voor anderen.
Creatief schrijven
SCHA1-4a. Kan een paar eenvoudige zinnen opschrijven over zichzelf of over andere mensen.
SCHA2-4b. Kan in korte, eenvoudige zinnen een persoon beschrijven.
Grammatica-onderwerpen
De volgende grammatica-onderwerpen worden behandeld in deze periode:
- Je leert was en were gebruiken.
- Je leert de past simple gebruiken.
- Je leert de juiste woordvolgorde toe te passen in een zin: eerst plaats, dan tijd.
Inleiding topic ‘Donald Duck’
Het centrale onderwerp van topic 5 van Blink Engels is Donald Duck. Samen met de leerlingen maak je kennis met de Disney Academy en leer je hoe strips worden gemaakt door te luisteren naar interviews met stripschrijvers en striptekenaars. Leerlingen lezen een aantal strips om Donald Duck-stripfiguren te leren kennen en doen uiteindelijk een test om te kijken of ze er klaar voor zijn om zelf een script voor een strip te schrijven.
Task ‘Your Donald Duck comic script’
Leerlingen maken van een script voor een Donald Duck-strip. Voordat de leerlingen daarmee aan de slag gaan, werken ze aan een aantal voorbereidende oefeningen:
- Learning more about Donald Duck characters
- Describing a comic
- Writing frame descriptions
- Writing text balloons
Vervolgens gaan ze aan de slag met hun taak. Het resultaat van de taak kun je beoordelen aan de hand van een rubric die gebaseerd is op de criteria die in de introductielessen met alle leerlingen besproken zijn.
Activiteiten Lezen
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je leert korte Donald Duck-strips lezen en begrijpen.
- Je leest en beantwoordt quizvragen over Donald Duck-stripfiguren en over het maken van strips.
- Je leest beschrijvingen van Donald Duck-stripfiguren.
- Je leert spreekballonnen op de juiste plaats in een stripverhaal zetten.
- Je leert de betekenis van woorden opmaken uit de rest van de tekst.
ERK Lezen
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Oriënterend lezen
LEA2-2a. Kan specifieke informatie vinden en begrijpen in eenvoudig, alledaags materiaal.
LEA2-2c. Kan in lijsten, overzichten en formulieren specifieke informatie vinden en begrijpen.
Lezen om informatie op te doen
LEA2-3a. Kan specifieke informatie begrijpen in eenvoudige teksten.
LEA2-3b. Kan de hoofdlijn begrijpen van eenvoudige teksten in een tijdschrift, krant of op een website.
Activiteiten Luisteren
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je luistert naar interviews met stripschrijvers en striptekenaars.
- Je luistert naar Donald Duck-stripfiguren die iets over zichzelf vertellen.
- Je luistert naar kenmerken van een Donald Duck-figuur, zodat je die kunt tekenen.
ERK Luisteren
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Een moedertaalspreker als gesprekspartner begrijpen
LUA2-1a. Kan begrijpen wat rechtstreeks tot hem of haar wordt gezegd in eenvoudige alledaagse conversatie.
Luisteren naar mededelingen en instructies
LUA2-4a. Kan in vertrouwde situaties eenvoudige feitelijke informatie begrijpen.
Kijken en luisteren naar audiovisuele media
LUA2-5a. Kan de wezenlijke informatie verstaan en onderscheiden in korte opgenomen passages over voorspelbare alledaagse zaken.
Activiteiten Gesprekken voeren
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je stelt elkaar vragen over Donald Duck-stripfiguren.
- Je praat met elkaar over Donald Duck-stripfiguren.
ERK Gesprekken voeren
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Informele gesprekken
GSA1-1a. Kan zichzelf en anderen voorstellen en reageren als iemand voorgesteld wordt. Kan op een eenvoudige manier groeten en afscheid nemen.
Informatie uitwisselen
GSA1-5a. Kan eenvoudige vragen stellen en beantwoorden, en eenvoudige uitspraken doen en beantwoorden op het gebied van primaire behoeften of over zeer vertrouwde, concrete onderwerpen.
GSA1-5b. Kan vragen beantwoorden en stellen over zichzelf en over anderen, waar zij wonen, wie zij kennen, wat zij bezitten.
GSA1-5e. Kan om verduidelijking vragen, eventueel met hulp van gebaren.
GSA2-5c. Kan informatie van persoonlijke aard vragen en geven.
Activiteiten Spreken
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je leert de kenmerken van een Donald Duck-stripfiguur beschrijven: uiterlijk, gezichtsuitdrukking, kleding.
- Je legt uit waarom je iets gekozen hebt.
- Je leert zeggen dat je iets niet begrijpt.
ERK Spreken
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Monoloog
SPA2-1a. Kan in een serie korte zinnen informatie geven over zichzelf en anderen.
SPA2-1b. Kan in eenvoudige bewoordingen mensen, plaatsen en bezittingen beschrijven.
Activiteiten Schrijven
Wat leren de leerlingen in de introductielessen, oefeningen en de taak?
- Je leert Donald Duck-stripfiguren beschrijven.
- Je leert vragen over Donald Duck-stripfiguren maken.
- Je leert spreekballonnen voor een Donald Duck-strip schrijven.
- Je leert een script voor een Donald Duck-strip schrijven: genre, setting, plot en beschrijving per plaatje.
ERK Schrijven
De leerlingen oefenen in deze periode met de volgende can-do-descriptoren (ERK):
Creatief schrijven
SCHA1-4a. Kan een paar eenvoudige zinnen opschrijven over zichzelf of over andere mensen.
SCHA2-4b. Kan in korte, eenvoudige zinnen een persoon beschrijven.
Grammatica-onderwerpen
De volgende grammatica-onderwerpen worden behandeld in deze periode:
- Je leert de present continuous te gebruiken en te schrijven.
- Je leert vragen te stellen met do en does.
- Je leert voorzetsels.