Ontdek.Blink Nederlands
Het merk ik©
Openingsmodule leerjaar 4
Leerjaar 4 opent met de module Het merk ik© waarin het draait om identiteit: wie ben je, wie wil je zijn? Wat laat je van jezelf zien in je communicatie met je omgeving, in je berichten op social media? Is authenticiteit belangrijk of speel je liever met de werkelijkheid?
De module merk ik© is, net als alle modules van Blink Nederlands, opgebouwd uit verschillende blokken. In deze blokken gaan leerlingen telkens vanuit een andere insteek met het thema ‘identiteit’ aan de slag. Het draait hierbij om het verwoorden van persoonlijke zaken over jezelf en over de ander. Over taalgebruik dat hierbij het meeste effect heeft. Over hoe je jouw ideeën en wensen verwoordt in een argument of een statement. Met spreekvaardigheid (presenteren,debatteren), kijk- en luistervaardigheid, schrijfvaardigheid (creatief schrijven, jezelf kenschetsen), leesvaardigheid, het lezen van literaire teksten, literair taalgebruik, sociolinguïstiek, taalkunde, kortom: het vak Nederlands in al haar kleuren.
De blokken van de module
Start – Dilemma’s op dinsdag: in het openingsblok van deze module worden leerlingen aan de hand van een dilemmaspel geconfronteerd met hun geweten.
Blok – Kijken in de ziel: in dit blok staat de vraag centraal: Wat laat je zien van jezelf ? Wat mogen anderen van je weten of… wat houd je liever verborgen?
Je leerlingen onderzoeken hoe bekende Nederlanders /influencers taal gebruiken om iets van zichzelf te laten zien. Ze denken na over wat je laat zien van je persoonlijkheid en ontdekken hoe je iemand bevraagt op zijn persoonlijkheid aan de hand van interviews met een of meerdere klasgenoten. Daarbij denken ze na over het effect van hun vraagstelling. Met welke vragen kom je het meest te weten?
En ze ontdekken hoe ze zichzelf het beste presenteren en maken daarbij gebruik van stijlfiguren, van intonatie en ritme en van de drieslag of de cirkelronde.
Je leerlingen verwerken de kennis, opgedane inzichten en vaardigheden uit de verschillende blokken. Ze verdiepen zich in een egodocument van een klasgenoot. Ze denken na over je het best verwoord wie hij/zij is en welke taal en formuleringen de meeste impact hebben. Op basis van deze inzichten schrijven ze een spoken word-tekst voor hun klasgenoot.