Transfer.De motor van beter leren.
Het eilanddenken voorbij: hoe je leerlingen écht verder helpt
Door: Jorien Castelein, oprichter en algemeen directeur Blink
Vorige week viel het me nog op in één van de lessen in een groep 6 waar ik een middagje mocht meelopen. Ik zat achterin de klas en keek toe terwijl de kinderen bezig waren met een tekst over de Romeinen. Een van de jongens wist de betekenis niet van het woord ‘aquaduct’, en hoopte die van de juf los te kunnen peuteren. Dat viel hem tegen! De leerkracht wees hem erop dat hij een aanpak kon gebruiken om de betekenis van een moeilijke term in een tekst te begrijpen. “Weet je nog? Dat deden we eergisteren ook.” De jongen keek zijn juf wat glazig aan: blijkbaar realiseerde hij zich niet dat de strategie die hij op een eerder moment in de lees-/taalles had geoefend, hem ook kon helpen in de les geschiedenis.
Je herkent het voorbeeld vast: voor deze groep 6-leerling waren geschiedenis en taal twee totáál gescheiden werelden. Bij Blink hebben we veel geleerd over aanpakken die leerlingen helpen om geleerde stof uit de ene les toe te passen in een andere les of bij een ander vak. Dat staat bekend als ‘de transfer van leren’. Onze conclusie is dat juist die transfer dé motor is van beter leren. Wetenschappelijke onderzoeken laten dat ook zien: cognitieve flexibiliteit maakt dat je je snel en succesvol kunt aanpassen aan andere (kennis)domeinen en taken. Andere onderzoeken en publicaties laten zien welke aanpakken hierin het meest effectief zijn. Voor mij staat als een paal boven water dat de leerkracht hierin een voorwaardelijke rol speelt.
“Bewuste aandacht voor transfer helpt bij zelfvertrouwen en motivatie van kinderen.”
Jorien Castelein, oprichter en algemeen directeur Blink
Flexibeler en effectiever
Ik deel graag een aantal conclusies die wij bij Blink hebben getrokken in het ontwikkelproces van onze lesmethodes Blink Taal & Lezen en Blink Wereld.
Een heel belangrijk vertrekpunt: werken met thema’s maakt het voor kinderen eenvoudiger om verbanden te leggen. Actieve betrokkenheid via (vakoverstijgende) taken waarin leerlingen kennis en lesstof uit meer vakken verbinden, spelen dan een belangrijke rol. Zo heeft het een toegevoegde waarde als je een spellingregel niet alleen oefent in een schrijfoefening bij taal, maar dat je die meteen ook toepast in andere schrijftaken in het thema. En bij Blink is dat dan meestal een thema van wereldoriëntatie.
Misschien nog wel belangrijker in dit voorbeeld is de rol van de leerkracht, die expliciet met leerlingen bespreekt waarom ze deze lesstof leren, hoe ze die bij andere opdrachten of vakken kunnen gebruiken en daar vervolgens op terug te blikken. Op deze manier wordt kennis dieper en flexibeler toepasbaar.
Het gaat niet vanzelf
In tegenstelling tot wat soms gedacht wordt: die transfer komt niet uit zichzelf tot stand. Het is belangrijk om als leerkracht te kiezen voor een bewuste en actieve aanpak: herhaal in andere contexten wat je kinderen leert, maak expliciet wat ze leren, waarom ze dat doen en plan reflectieopdrachten in. Gebruik bij spelling voorbeeldzinnen uit lessen van aardrijkskunde, zet een tekst uit je geschiedenismethode in bij begrijpend lezen. Zo houd je het klein en haalbaar.
Gelukkig hebben we bij Blink gemerkt dat leerkrachten – ook al zijn ze niet altijd bekend met de term ‘transfer’ – in de praktijk volop strategieën inzetten die kinderen stimuleren het geleerde toe te passen in een nieuwe situatie. Ik denk echter dat er nog veel meer aandacht naartoe kan. Hier ligt een nog onvoldoende benut potentieel dat kinderen op een heel bestendige manier verder kan helpen. Dat kan en moet ook schoolbreed!
Breken met vertrouwde gewoontes
Een van de consequenties is bijvoorbeeld dat je als school afstapt van het aanbieden en toetsen van losstaande feitenkennis, zoals bijvoorbeeld spellingregels en dictees, die maar kort blijft hangen (denk aan de Forgetting Curve van Ebbinghaus). Ook strakke tijdschema’s waarin je als leerkracht niet kunt stilstaan bij wat er geleerd is, waarin je kinderen geen tijd en ruimte geeft om zelf na te denken en creatief te zijn, werken contraproductief. Het is eeuwig zonde, allemaal verspilde onderwijstijd.
En eigenlijk … zou je ook moeten stoppen met het ‘eilanddenken’, het onderwijzen beperken tot aparte vakken die in de werkelijkheid juist ook niet strikt gescheiden zijn.
Ik roep je op om te breken met vertrouwde gewoontes, waarvan je misschien in je hart wel weet dat ze onvoldoende effect hebben en om die tijd vrij te maken voor zaken die er wel toe doen.
Beter leren, met meer plezier
Wat houd je tegen? Bedenk dat bewuste aandacht voor transfer helpt bij zelfvertrouwen en motivatie van kinderen. Hun probleemoplossend vermogen neemt toe doordat ze flexibeler denken, hun interesse en nieuwsgierigheid worden aangewakkerd en ze ervaren meer succes als ze wat ze geleerd hebben breed kunnen inzetten, terwijl – zeker weten! – ook hun resultaten beter worden. En niet te vergeten: leerlingen én leerkrachten hebben meer plezier bij het leren.
Kom ik nog even terug bij de juf van groep 6. Haar kleine interventie – bedoeld om de kennis uit Blink Taal & Lezen bij wereldoriëntatie te activeren – had uiteindelijk wel degelijk effect. Een leerling van hetzelfde tafelgroepje veerde op en samen gingen de jongens aan de slag om het probleem dat ze tegenkwamen te tackelen. Dat is ook het mooie van leren in het algemeen en transferleren in het bijzonder: samen kom je verder!