Blink Nederlands
PLOT26 | vmbo & onderbouw havo/vwo
Toetsing
Meten en beoordelen
In de verhalen en cursussen bij Blink Nederlands komen diverse meetmomenten voor in de vorm van testjes, diagnostische toetsen, een quiz, een wedstrijd, of een eindopdracht. Je kunt ermee meten wat leerlingen hebben onthouden en zij hebben geleerd. Zo kun je zien welke vervolgstappen jouw leerlingen nodig hebben om zich verder te ontwikkelen. En jouw leerlingen zien dat zelf ook. Eindopdrachten (bijvoorbeeld een trailer, schrijfproduct of presentatie) zijn ook meetmomenten die je al dan niet met een cijfer kunt beoordelen.
Twee soorten toetsen
Naast deze meetmomenten kent Blink Nederlands twee soorten toetsen:
- Afsluitende toetsen
Afsluitende toetsen bij een cursus geven inzicht in wat jouw leerlingen hebben opgestoken van de lessen. Het uitgangspunt van Blink Nederlands is dat toetsen het leren horen te bevorderen. Leerlingen ronden elke lessenserie af met een toets of een prestatie die je als docent formatief kunt beoordelen. - Referentietoetsen
Referentietoetsen meten de vaardigheden en brengen het niveau van een leerling in kaart. Deze toetsen zijn gebaseerd op de tussendoelen en gekoppeld aan de referentieniveaus van de vaardigheden lezen, schrijven en taalverzorging. Deze toetsen volgen de doorlopende leerlijn en bereiden op deze manier al voor op de examens. Met de referentietoetsen kun je twee keer in een leerjaar een grondige meting doen om het niveau te bepalen en een determinatie uit te voeren.
Kenmerken van de toetsen van Blink Nederlands
- Evenwichtige opbouw, volgens een taxonomie.
- Voortgang en niveau in kaart brengen: doorlopende leerlijn in relatie tot vaardigheid.
- Meten wat volgens de leerdoelen en het geleerde gemeten moet worden.
- Valide en betrouwbaar.
Ben je benieuwd naar hoe het toetsen en beoordelen in de methode werkt? Download dan de schematische weergave van alle toets- en beoordelingsmomenten die Blink Nederlands kent.