"Plaats het vak wereldoriëntatie in het hart van ons onderwijs"
Er is een les waaraan ik altijd terugdenk als ik iemand hoor pleiten voor een ‘focus op de basisvaardigheden taal en rekenen’. Want het is deze les die mij heeft doen inzien dat er in elk geval één vak is waarop we niet zouden mogen beknibbelen, namelijk: wereldoriëntatie. Toch heb ik in het pleidooi van onderwijsminister Wiersma het domein wereldoriëntatie geen enkele keer voorbij horen komen. Ik snap wel waarom: we hebben al zo’n overladen curriculum. Er moeten heldere keuzes gemaakt worden. Maar dit zijn helaas wel de verkeerde keuzes.
Sticky les
Wat had ik graag minister Wiersma naast me gehad, samen op een stoeltje achterin de klas, op die school in Amsterdam-Zuidoost, tijdens een les over het ontstaan van bergen. Ik verheugde me op de les, want ik had al op twee andere scholen gezien hoe die een ongekend succes was.
Kinderen vertelden met glimmende ogen hoe een berg ontstaat. Niet in de laatste plaats dankzij de uitsmijter aan het einde van de les: kinderen mogen dan een Mars en Snickers tegen elkaar aanduwen alsof het twee aardplaten zijn. Geen kind dat na dit fysieke experiment géén diepgaand begrip heeft van de werking van aardplaten. Een sticky les noemen we dat bij Blink, een les die blijft hangen.
Berg
Maar op deze school in de Bijlmer liep de les totaal niet. Op de eerste vraag over een afbeelding van een fossiel van een vis kwam al nauwelijks reactie. “Hoe denk je dat het kan dat dat boven op een berg is gevonden?” In alle andere klassen gingen kinderen meteen aan. “Ik denk dat er een zeerover was die de vis naar boven heeft gebracht”, zei een kind bijvoorbeeld. Of: “Ik denk dat er een tsunami was.” En natuurlijk was er altijd een leerling die zachtjes zei: “Heeft dit niet iets te maken met aardplaten?”
“Realiseer je: de helft van deze klas is nog nooit in het centrum van hun eigen stad geweest.”
Na de les vertelde de juf me: “Ik zag aan de reacties dat er kinderen waren die niet wisten wat een berg was.” Mijn gezicht sprak kennelijk boekdelen: “Dat vind jij misschien gek of onwaarschijnlijk, maar realiseer je: de helft van deze klas is nog nooit in het centrum van hun eigen stad geweest. Een belangrijk deel van mijn werk is basiskennis checken en aanbrengen. En dat vind ik heerlijk om te doen. Want daarmee maken ze sprongen in hun ontwikkeling.”
De wereld centraal
Als je mij van tevoren had gevraagd of er kinderen in Nederland zijn die niet weten wat een berg is, had ik geantwoord: nee, natuurlijk niet. Maar sinds deze les ben ik alert. Er zijn veel meer kinderen die worstelen met opdrachten en teksten niet begrijpen. Niet omdat ze technisch gezien niet kunnen lezen, maar omdat ze diep begrip missen van waar die teksten over gaan.
Acht jaar zijn we nu bij Blink bezig om samen met zo’n 500 leerkrachten, leerlingen en tientallen wetenschappers en experts te onderzoeken hoe we de dalende prestaties in taal (inclusief lezen) kunnen kenteren, het lees- en leerplezier kunnen vergroten en werkdruk kunnen weghalen bij leerkrachten.
Op basis van alles wat we hebben geleerd roepen we nu de minister van Onderwijs op: stop! Roep scholen juist op om de wereld als basis te nemen voor het taalonderwijs. Dan gaan kinderen het grotere plaatje zien. Dan worden ze nieuwsgierig en willen ze meer te weten komen over de wereld. Dan gaan ze praten en schrijven over wat ze gehoord of gelezen hebben. En erover nadenken.
Jorien Castelein
algemeen directeur en oprichter Blink
jorien.castelein@blink.nl
Ontdek onze visie op taal
Begrijpend lezen, technisch lezen, woordenschat, grammatica, spelling, schrijven, taalbeschouwing… Het taal- en leesonderwijs op de basisschool bestaat uit een grote brij aan losse vakken en lesonderdelen. Bij Blink geloven we dat dit anders kan. Met de wereld als basis van het taalonderwijs. Want pas als je al die losse onderdelen met elkaar verbindt, gaan kinderen het grotere plaatje zien.